Tussen twee maten die samen een maatschap vormen, eisers, en een ex-maat is een geschil ontstaan over de verdeling van de werkzaamheden binnen de twee locaties van het ziekenhuis. Beide locaties hebben een aparte maatschap orthopedie. De ex-maat van eisers werkt na uittreding samen met de andere maatschap. Het ziekenhuis tracht de maatschappen ertoe te bewegen tot gezamenlijk beleid te komen. Nadat de andere maatschap toestemming heeft gekregen voor capaciteitsuitbreiding, terwijl eisers ook behoefte hadden aan uitbreiding op hun locatie, ontstond het geschil. Eisers stellen dat het ziekenhuis onvoldoende rekening gehouden heeft met hun belangen en de effecten op de patiëntenzorg en de opleiding. Geoordeeld wordt dat het ziekenhuis eisers in beginsel had moeten betrekken bij de besluitvorming over capaciteitsuitbreiding. Dit volgt uit het belang van goede zorgverlening en uit de toelatingsovereenkomst. Gelet op de verantwoordelijkheid van het bestuur van het ziekenhuis voor verantwoorde zorg en veiligheid van patiënten, wordt het besluit tot uitbreiding van de capaciteit niet als kennelijk onredelijk beoordeeld, zodat er geen grond is voor toewijzing van het gevorderde verbod om de nieuwe orthopeed op de andere locatie werkzaam te laten zijn. Wel legt de voorzitter het ziekenhuis de verplichting op om eisers tijdig te informeren en met hen te overleggen.
Bijlage:PDF 10/21KG ZIEKENHUIS, EX-MATEN, TWEE MAATSCHAPPEN, VERDELING WERKZAAMHEDEN OVER LOCATIES ZIEKENHUIS, CAPACITEITSUITBREIDING, TOELATINGSOVEREENKOMST