Bevoegdheid

Het Scheidsgerecht Gezondheidszorg behandelt geschillen tussen partijen die actief zijn in de zorg. De voorzitters van het Scheidsgerecht zijn beroepsrechters en de overige arbiters zijn werkzaam in de zorg. Deze samenstelling, die in het reglement is geregeld, heeft tot doel te bereiken dat de deskundigheid met betrekking tot de geschillen die aan het Scheidsgerecht worden voorgelegd, is verzekerd. De voorzitters en de griffiers zijn juristen met ruime praktische ervaring, waardoor de juridische kwaliteit van de geschilbeslechting is gewaarborgd. De arbiters hebben op verschillende wijzen ruime ervaring in de zorg en alles wat daarmee samenhangt, inclusief bestuurlijke kennis en ervaring. Arbiters behoren geheel vrij te staan in de geschillen die zij behandelen, en zij moeten onpartijdig oordelen. Daaraan wordt per geschil aandacht gegeven door aan hen de vraag voor te leggen of zij in het voorliggende geval vrij staan. Door de samenstelling van het Scheidsgerecht is het onvermijdelijk dat arbiters soms bekend zijn met personen die voor het Scheidsgerecht verschijnen als collega-bestuurders of als collega's in hun beroep als medisch specialist enz. Die bekendheid behoeft niet in de weg te staan aan hun optreden als arbiter, mits zij volledig vrij staan in hun oordeel. Ook is onvermijdelijk dat het kan voorkomen dat arbiters, bijvoorbeeld als lid van een raad van bestuur, zelf verwikkeld raken in een geschil dat aan het Scheidsgerecht wordt voorgelegd. In een dergelijk geval zal bijzondere voorzichtigheid in acht genomen worden bij de keuze van arbiters in die zin dat zo mogelijk arbiters worden aangewezen die nimmer met betrokkenen te maken hebben gehad. Het is echter onmogelijk altijd een samenstelling van het Scheidsgerecht te bereiken waarin alle arbiters (inclusief de voorzitter) onbekend zijn met de betrokken partijen. Het enkele feit dat een lid van raad van bestuur of een medisch specialist arbiter is in het Scheidsgerecht, kan niet tot gevolg hebben dat het Scheidsgerecht niet meer onafhankelijk kan oordelen over geschillen waarin zij betrokken zijn. Wel zal in die gevallen altijd extra worden gelet op een mogelijke ontoelaatbare aantasting van de onpartijdigheid. Het Scheidsgerecht zal altijd openheid betrachten over de feitelijke verhoudingen en vooraf verantwoording afleggen van de wijze waarop met het oog op een onafhankelijke geschillenbeslechting het Scheidsgerecht is samengesteld. De voorzitters van het Scheidsgerecht zijn als professionele rechters in staat de in het geding zijnde belangen op dit punt zorgvuldig te beoordelen.

Partijen dienen de bevoegdheid van het Scheidsgerecht tot geschillenbehandeling te zijn overeengekomen. In het algemeen geschiedt dit bij toelatings- of arbeidsovereenkomst. Ook in CAO's wordt verwezen naar het Scheidsgerecht. Verder kunnen partijen de bevoegdheid van het Scheidsgerecht bij aparte overeenkomst overeenkomen.

In artikel 7 van het reglement van het Scheidsgerecht is geregeld in welke gevallen het Scheidsgerecht een aangebrachte zaak in behandeling neemt. Dit reglement is geplaatst op de website van het Scheidsgerecht.

In de jurisprudentie, die eveneens op de website is gepubliceerd, zijn uitspraken opgenomen die de bevoegdheid van het Scheidsgerecht in bijzondere gevallen behandelen.

In de aard van het geschil is in het reglement geen beperking aangebracht. Wel kunnen uiteraard beperkingen met betrekking tot de bevoegdheid voortvloeien uit de concrete contractuele relatie.