2002-08-08 - ONTBINDING VAN ARBEIDSOVEREENKOMST VAN HEAD. WACHTGELD.

02/12

Aangenomen moet worden, onder meer gezien de uitlatingen van verweerder in de bestuursvergadering van 6 december 2001 en het verhandelde ter zitting, dat verweerder in een eerder stadium op de hoogte was van het onjuiste declaratiegedrag van de algemeen directeur en ten onrechte heeft nagelaten het bestuur hieromtrent tijdig te informeren. Verder blijkt uit de stukken van een slechte samenwerking tussen de staf en verweerder en een ernstig gebrek aan vertrouwen over en weer. Na een escalatie van deze problemen heeft de volledige staf het vertrouwen in verweerder opgezegd. Verweerder heeft de ernstige vertrouwenscrisis, die is ontstaan rond hem, (grotendeels) zelf in de hand gehad. Verweerder heeft onvoldoende in het werk gesteld deze crisis te voorkomen dan wel te bezweren. Het Scheidsgerecht acht een uitkering ingevolge de Wachtgeldregeling als bedoeld in de CAO Verpleeghuizen een billijke vergoeding. Het Scheidsgerecht gaat er van uit dat de eventuele gevolgen van het bepaalde in artikel 16, derde lid, Werkloosheidswet voor rekening van eiseres zullen komen.

Bijlage:PDF ONTBINDING VAN ARBEIDSOVEREENKOMST VAN HEAD. WACHTGELD.