2003-09-29 - VORDERING VAN UITGETREDEN MAAT TEGEN ZIJN MATEN TOT VERGOEDING VAN RENTE OVER DE GOODWILLSOM. BEVOEGDHEID VAN HET SCHEIDSGERECHT.

02/26

De bevoegdheid van het Scheidsgerecht is tussen partijen overeengekomen. Het Scheidsgerecht moet beslissen als goede man(nen) naar billijkheid.
Tussen partijen is overeengekomen dat geen rente is verschuldigd over de periode vanaf 1 januari 2001 en dertig dagen na de vaststelling van het bedrag van de goodwill. Dit uitgangspunt geldt echter niet voor zover verweerders naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid op deze contractuele regeling geen beroep kunnen doen en in het bijzonder ook niet voor zover de vertraging in de uitvoering van de overeenkomst is veroorzaakt door omstandigheden die een gevolg zijn van een verzuim van verweerders of die op een andere grond voor hun rekening dienen te blijven. Van dit een en ander is hier sprake geweest, met dien verstande dat, niet de volledige vertraging aan verweerders kan worden toegerekend.

Bijlage:PDF VORDERING VAN UITGETREDEN MAAT TEGEN ZIJN MATEN TOT VERGOEDING VAN RENTE OVER DE GOODWILLSOM. BEVOEGDHEID VAN HET SCHEIDSGERECHT.